Nietzsche en De oneindige marshmallow test

Het ging mij in eerste instantie om de harde kant van Nietzsche; het gedachtengoed van de Übermensch en de wil tot macht, het streven naar het uitschakelen van emoties en andere zwakheden, die door de verderfelijke invloed van het christendom onterecht tot deugden zijn bestempeld. Deze van Nietzsche bekende zienswijze paste goed bij het karakter van mij hoofdpersoon (Bastiaan) zoals dat zich in het begin van het boek manifesteert. Vrij naar Nietzsche: je ontwikkelt jezelf alleen door met anderen te wedijveren.

Maar in Bastiaan schuilt ook een creatieve en filosofische geest, op zoek naar iets ongrijpbaars als liefde en vrijheid. Hij ontdekt Ecstatic Dance (een vorm van dansmeditatie) en wordt daarin zo meegezogen dat hij de greep op zijn leven dreigt te verliezen. Als hij houvast zoekt bij Nietzsche vindt hij in Aldus sprak Zarathoestra wonderlijk romantische opvattingen over de dans en muziek. In het slot van het boek belandt hij bij Nietzsche’s debuut, De geboorte van de tragedie, waarin de dans van een hogere orde is; een toegangspoort tot een rationeel ongrijpbare, metafysische oerkracht.

Nietzsche erkende de kracht van de roes, maar waarschuwde er ook voor, hij noemde het “de blijmoedigheid van de slaaf, die geen zware verantwoordelijkheid hoeft te dragen, niets groots nastreeft, die niets uit het verleden, niets toekomstigs hoger weet te waarderen dan het hier en nu.”

In de research voor mijn roman las ik Nietzsche ook in de omgekeerde volgorde. Zo kwam ik tot de conclusie dat Nietzsche een omgekeerde ontwikkeling als die van Bastiaan doormaakte. Voor beiden geldt de vraag: in hoeverre waren zij wezenlijk verandert? Herman Stevens (romanschrijver, literair criticus en columnist) over De oneindige marshmallow test: “.. we zien wel dat Bastiaans interesse voor Nietzsche sterk samenhangt met zowel zijn woeste hang om het van andere mannen te winnen als met zijn behoefte aan de trance van de dansvloer.”